Hoe veerkrachtig is onze vitale infrastructuur?

Wat is de weerbaarheid van onze vitale infrastructuur tijdens en na een ramp? Om dit te controleren moeten alle gemeenten in Nederland vanaf 2019 een ‘infrastructuur stresstest’ doen. Rijkswaterstaat organiseerde 11 januari 2018 in samenwerking met het Volpe Center op de Nederlandse ambassade een workshop over dit thema.

 

 

De workshop werd georganiseerd tijdens de Transportation Research Board Annual Meeting, die van 7 tot en met 11 januari 2018 plaatsvond in Washington, D.C. Vijftig mensen van verschillende organisaties in Nederland en de Verenigde Staten waren op de workshop aanwezig. Vier experts gingen in discussie over onder andere modellen, data en de afweging tussen efficiëntie en veerkrachtigheid.

Het belang van samenwerking
Volgens Sandra Erkens, hoogleraar TU Delft en tevens werkzaam voor Rijkswaterstaat, moet de stresstest een samenwerking zijn tussen industrie, lokale overheden en onderzoeksinstituten. Het combineren van geografische informatie met klimaatmodellen kan risico’s definiëren en helpen bij het opstellen van risicokaarten. Vervolgens kunnen we afwegen in hoeverre we bereid zijn op korte termijn kosten en onderbrekingen te accepteren om op lange termijn beter voorbereid te zijn.

Communicatie tijdens een ramp
Volgens Robert Knake, senior research scientist van The Global Resilience Institute (Northeastern University, Boston) zijn we steeds meer afhankelijk van technologie en data. Daarom moet er een veiliger netwerk worden gecreëerd voor de communicatie tussen instanties tijdens een ramp. Hiervoor kan dark fiber worden gebruikt, niet-geactiveerde (onbelichte of ‘donkere’) glasvezelkabels. Veel grote bedrijven beschikken al over dark fiber, maar er is nog weinig connectie tussen de netwerken. De uitdaging is dus om deze connectie te vergroten.

Optimaliseren of vergroten van veerkracht?
Focussen we op het optimaliseren van een systeem of op het vergroten van robuustheid en veerkrachtigheid? Serge Hoogendoorn, hoogleraar TU Delft, besprak deze afweging. Een systeem meer ruimte geven om robuustheid en veerkracht te ontwikkelen, betekent wel een minder efficiënt gebruik van het systeem. Door de verwachte toename van verstoringen die veel schade aanrichten, is de focus aan het verschuiven naar de ontwikkeling van meer veerkracht.

Systeembenadering bij preventie van rampen
Rawlings Miller van US DOT/Volpe Center besprak de Amerikaanse benadering van de stresstest. In de Verenigde Staten vormen extreme weersomstandigheden het grootste risico op verstoring, maar ook falende ict, cybersecurity en terrorisme zijn belangrijke aandachtspunten. Rampen raken zelden maar één sector en een systeembenadering kan dus helpen versnippering tegen te gaan. Door extra investeringen kunnen verschillende sectoren met behulp van real-time data samenwerken bij de preventie van rampen.

Sociale veerkracht
Het thema ‘social resilience’ werd ook aangeroerd. Hoe weerbaar zijn gemeenschappen tijdens en na rampen? Sociaaleconomische factoren beïnvloeden hoe snel een gemeenschap zich kan aanpassen en herstellen na een ramp. Er zijn veel positieve voorbeelden van gemeenschappen die elkaar op creatieve wijze helpen. De vraag is hoe we dit kunnen inzetten. In contrast hiermee ontstaat er in de nasleep van een ramp ook meer criminaliteit. Hoe spelen we daarop in?

Extreme weersomstandigheden en veranderende sociaaleconomische condities vragen hoe dan ook om veerkrachtige infrastructuursystemen. Hiervoor zijn extra investeringen nodig, die helaas niet altijd beschikbaar zijn. Verschillende partners bijeenbrengen bij transportprojecten om zo aan sectoroverschrijdend risicobeheer te doen, is een goed startpunt. In de Verenigde Staten gebeurt dit nog vaak ná een ramp – maar de aandacht die er dan is, kan ook weer snel wegebben.
Robuustheid en veerkrachtigheid moeten dus een meer integraal onderdeel van transportplanning worden. De stresstest is een belangrijke stap in dit proces en kan ons helpen in de toekomst beter voorbereid te zijn op rampen.

____

De auteur
Dax Boot is beleidsmedewerker bij het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat.