8 juni 2020 – Goudappel Coffeng heeft onderzoek gedaan naar de verkeerskundige impact van de nieuwe ov-dienstregeling, die begin juni is ingegaan. De ov-capaciteit is met deze regeling nog lang niet terug bij hoe het voor de crisis was – en de verwachting is dat de fiets en de auto dit gat (deels) zullen dichten.
De basis voor het onderzoek is een verkeersmodel van een grote stedelijke regio. Met dit verkeersmodel voerde Goudappel een aantal berekeningen uit om de impact van de beperking in het openbaar vervoer in beeld te brengen. Er is onderzocht wat de effecten zijn op het verkeer zodra de vervoersvraag van vlak voor de coronacrisis terugkeert, terwijl het openbaar vervoer slechts voor maximaal 40% van de belasting van voor de crisis gebruikt kan worden. Welke vervoerwijzen kiezen reizigers dan en wat zijn daar weer de effecten van?
Fietsgebruik neemt toe, maar niet overal
Voor de korte en middellange afstanden is de fiets een mooi ov-alternatief. Zichtbaar is al dat de middellange fietsritten, vanaf 2,5 tot 10 kilometer, flink toenemen, momenteel met zo’n 17 procent. Zal dat extra fietsverkeer tot fietsfiles leiden? Niet per se. Op de locaties rondom de stations en op belangrijke toeleidende wegen is namelijk een blijvend lagere belasting van het fietsnet te verwachten. Dat komt voornamelijk door het wegblijven van ov-reizigers die de fiets eerder gebruikten om van en naar het station te reizen. Op deze locaties is sprake van een afname tussen de 20 en 40% procent.
Toename autocongestie
De auto zal vooral op de langere afstanden worden ingezet als ov-vervanging. Uitgaande van de ‘pre-corona’ verkeersvraag leidt dat op de rijkswegen en stedelijke toegangswegen tot wel 10 procent hogere intensiteiten in de spitsperioden. De bestaande knelpunten van voor de coronacrisis zouden hiermee ernstig worden vergroot.
Vooruitkijken
Let wel, deze groeicijfers gelden als we uitgaan van de verkeersvraag van voor corona met daarbovenop ov-reizigers die overstappen op de fiets of auto kiezen. Maar er zijn ook factoren die de verkeersvraag juist verlagen, zoals meer thuiswerken en thuisstuderen. Ook de verwachte recessie zal de vraag naar mobiliteit beïnvloeden.
De onderzoekers zien de modelberekeningen dan ook vooral als denkexercitie: ‘wat als?’ Vervolgonderzoek moet uitwijzen welke van deze invloeden het zwaarst zullen wegen.